Tweelingzielen

onze diepste gevoelsverbinding

Onze tweelingziel is de ziel waarmee we in gevoel het innigst verbonden zijn van alle zielen in de kosmos, vanaf het ontstaan van onze beide zielen.
Door Ludo Vrebos, gebaseerd op de boeken van Jozef Rulof.
Dit schilderwerk werd door Jozef Rulof mediamiek ontvangen en staat op de omslag van het boek ‘Door de Grebbelinie naar het Eeuwige Leven’.

Onze soulmate

Vele mensen hebben een vaag of uitgesproken gevoel dat er ergens iemand is die bij hen hoort als de ware geliefde.
Die soulmate wordt in de boeken van Jozef Rulof de tweelingziel genoemd.
In het boek ‘De Kringloop der Ziel’ bijvoorbeeld worden de tweelingzielen Lantos en Marianne beschreven.
Al in hun kinderspel trouwden ze voor hun gevoel met elkaar.
Daarna gingen hun levens uiteen, omdat Marianne door haar vorige levens nog aan een andere man had goed te maken.
Heel zijn leven bleef Lantos naar zijn jeugdliefde verlangen, en hij voelde zich door zijn liefde geïnspireerd om als beeldend kunstenaar de mooiste kunstproducten te scheppen.
Daarna bestudeerde Lantos als geestelijke persoonlijkheid negen eeuwen lang het leven op aarde en in het hiernamaals, en schreef daarover later als meester Zelanus via Jozef Rulof talrijke boeken.
Al die tijd wachtte Marianne in de wereld van het onbewuste op een nieuwe reïncarnatie.
In haar laatste leven op aarde kon Lantos haar als beschermgeest helpen bij het oplossen van haar oorzaak en gevolg.
Na dat leven wachtte hun het eeuwige samenzijn in de lichtsferen.

Tweelingliefde

In het boek ‘Door de Grebbelinie naar het Eeuwige Leven’ werd de vader van Theo heel zijn leven lang beschermd door zijn tweelingziel Angelica als zijn geestelijke gids.
Tijdens zijn moeilijke huwelijk op aarde voelde hij dat de eigenliefde van zijn vrouw hun geen geluk bracht.
Dit gemis maakte hem open voor een ijlere liefde.
Na zijn aardse leven beleefde hij die tweelingliefde met Angelica in het hiernamaals.
Hij voelde dat ze eeuwig bij elkaar hoorden, één in voelen en denken.
Theo hoort later van zijn vader dat de tweelingliefde boven de aardse liefde staat.
Wanneer het gevoel nog gericht is op de lichamelijke liefde, wordt de tweelingliefde niet gevoeld, zelfs al ontmoeten tweelingzielen elkaar op aarde.
Het artikel ‘graden van liefde’ licht de verschillende niveaus van liefde toe.
Zijn vader legt uit dat voor de tweelingliefde het volkomen aanvaarden van de ander nodig is.
Hij is voor zijn tweelingziel volledig open, ze kunnen elkaar volgen tot in hun diepste innerlijk.
Hij voelt in zijn tweelingziel het leven, haar ziel, haar ruimte.
Hoe dieper hij zich in gevoel met haar kan verbinden, hoe meer hij de diepte van haar leven en daardoor van al het leven leert kennen.
In de sferen van licht dalen de tweelingzielen zo diep in elkaar af dat ze het allereerste begin van hun samenzijn voelen.

Toewerken naar elkaar

In het boek ‘Tussen Leven en Dood’ zocht de tempelpriester Venry naar zijn grote liefde Lyra, en ontmoette haar als priesteres in het oude Egypte.
In dat leven konden deze tweelingzielen niet samenzijn, omdat ze beiden in hun oorzaak en gevolg leefden.
Ze konden elkaar wel geestelijk steunen, zodat Venry zijn aartsmoeilijke taak kon vervullen om als opperpriester van de tempel liefde te brengen waar immense duisternis heerste.
Hun ontmoeting kwam tot stand omdat de taak waarvoor Venry naar de aarde gereïncarneerd was, dit vereiste.
Meestal echter beleven tweelingzielen hun oorzaak en gevolg los van elkaar, met andere zielen waarmee dat in het verleden gecreëerd is.
Ook dan kunnen mensen zoeken naar hun tweelingziel, maar zullen die niet vinden.
Meester Zelanus zegt dat ze de ander zelfs meestal niet herkennen, als ze elkaar tegen het lijf lopen.
Want ze kunnen elkaar op allerlei manieren ontmoeten, bijvoorbeeld als moeder en kind, broer en zus, dokter en patiënt, rechter en veroordeelde, zanglerares en student, verkoper en klant, bedelaar en voorbijganger, doodgraver en lijk, minister en stemgerechtigde, werkgever en werknemer, misdadiger en slachtoffer, verpleegster en stervende, soldaat en soldaat, vriend en vijand.
Meester Zelanus maakt nog concreter wat dit voor ons dagelijks leven kan betekenen.
Want als we iemand bestelen, is dat misschien onze tweelingziel, zonder dat we dat weten.
Voel haat voor de mens en je haat mogelijk je tweelingziel.
Doe mee aan geweld en je vermoordt je tweelingziel.
Weiger kinderen, en je tweelingziel kan niet geboren worden.
Heb universeel lief, en je leeft in liefde met je tweelingziel!
Daarnaast geeft meester Zelanus de raad om de tijd op aarde goed te besteden voor het oplossen van de disharmonie uit het verleden, want juist hierdoor werken tweelingzielen zich naar elkaar toe.
Niet door het samenzijn, maar door het apart van elkaar werken, wordt de afstand tussen beiden stap voor stap kleiner.
Alles wat we doen heeft invloed op de verbinding met onze tweelingziel, het versnelt of vertraagt het ogenblik dat we voor eeuwig in liefde en harmonie zullen samenzijn.
Meester Zelanus zegt daarom: ‘Zoek niet, vraag niet, je tweelingziel komt tot je, wanneer je gereed bent.’

De gezamenlijke kosmische reis

Het artikel ‘onze eerste levens als cel’ belicht het ogenblik waarop tweelingzielen ontstaan zijn op de eerste planeet.
Ze zijn op dezelfde seconde geboren, en samen vertegenwoordigen ze de twee basiskrachten van het leven.
In het artikel ‘onze basiskrachten’ worden die krachten moederschap en vaderschap genoemd.
De vrouwelijke en mannelijke krachten leiden samen tot reïncarnatie, tot evolutie.
Vanaf hun eerste leven gingen beide tweelingzielen samen op weg, van graad tot graad, gelijk in gevoel, één in werking, even oud, geen tien seconden van elkaar weg.
Afwisselend beleefden ze in hun reïncarnaties de moederlijke en vaderlijke werking, en hun samenzijn zorgde voor meer gevoel en een hoger bewustzijn.
De artikelen ‘evolutie in het water’ en ‘evolutie op het land’ schetsen de groei van hun lichaam en gevoelsleven.
Het artikel ‘ons bewustzijn op Mars’ belicht het wakker worden van de persoonlijkheid die de kracht van het lichaam leerde gebruiken om zichzelf van eten te verzekeren.
Daarbij werd voor de eerste maal een lichaam van een medeziel vernietigd, waardoor karma ontstond.
Op dat moment verwijderden de tweelingzielen zich van elkaar.
Wie de moord pleegde, moest terug om de betrokken ziel een nieuw lichaam te geven.
Pas daarna kon de kosmische reis samen met de eigen tweelingziel voortgezet worden.
Op aarde echter ontwaakten in de persoonlijkheid hartstocht en geweld.
Nog niet bewust van de ware aard van zijn ziel ging de mens over tot eigenliefde en verspeelde daarmee het samenzijn met de tweelingziel.
Gericht op hartstocht en lichamelijke liefde ging de mens met vele anderen paren, en niet alleen met de eigen tweelingziel.
Maar het waren vooral de gepleegde moorden die de tweelingzielen uiteenrukten, omdat ze hierdoor een berg van karma opbouwden die eerst geslecht zou moeten worden.
Tot op de dag van vandaag zijn de meeste mensen op aarde gereïncarneerd om hun karma op te lossen.
Daardoor is men in de regel niet samen met zijn tweelingziel, omdat men bezig is de disharmonie uit het verleden te corrigeren.
Dit gebeurt overwegend in het samenzijn met de andere zielen die bij de disharmonie van het verleden betrokken waren.
Wanneer al het karma is gecorrigeerd, kan men afscheid van de aardse levens nemen om in het hiernamaals verder te werken aan de geestelijke ontwikkeling.
Als dan de tweelingziel nog niet zover is en op aarde nog werk te doen heeft, kan men zich in die tijd geestelijk verder ontwikkelen tot de vierde lichtsfeer, de geestelijke gevoelsgraad.
Om van daaruit verder door te dringen in de diepte van het leven heeft men zijn tweelingziel nodig, omdat men alleen samen deze diepte kan betreden en dragen.
Nadat men weer samen is gekomen, in de vierde lichtsfeer of al eerder, begint het eeuwigdurende samenzijn.
Vanaf dat moment zal de gevoelsverbinding nooit meer verbroken worden, omdat men geen disharmonie meer creëert.
De persoonlijkheid is dan ten volle bewust geworden van de harmonie van de ziel, en zal in al het verdere voelen, denken en handelen deze harmonie vertolken.
Samen dienen de tweelingzielen voortaan al het leven, en verwerven op die wijze de hogere lichtsferen.
Daarna reïncarneren ze als tweelingzielen op de eerste planeet van de vierde kosmische levensgraad.
Hier zullen ze opnieuw het moederschap en vaderschap beleven in een stoffelijk lichaam.
Dan wisselen ze elk nieuw leven tussen het vrouwelijke en mannelijke lichaam, en telkens krijgen ze als tweelingzielen twee kinderen om hun reïncarnatie te verzekeren.
Hun tweelingliefde vangt alles op, alles verloopt in harmonie, en elk nieuw leven groeien ze in gevoel en kosmisch bewustzijn.
Tot ze samen hand in hand de zevende kosmische levensgraad bereiken, het Al.
Dan hebben ze de Alziel en Albron in zichzelf tot volle kracht en bewustzijn gebracht, en dragen ze in hun kosmische liefde al het leven in de ruimte.

Bronnen en verdieping