Voorwoord
Geachte lezer,
Dit boek voert u in de occulte wetten.
Het behandelt de geestelijke gaven, die de aardse mens kan bezitten, en toont u de graden, welke in deze gaven liggen.
U leert er de magiërs, fakirs, yogi’s en de Westerse mediums door kennen, waarna u zelf kunt vaststellen, wie van hen de geestelijke gaven dient dan wel bezoedelt.
Door dit boek wordt u met de hemel en de aarde, met de witte en de zwarte magie verbonden.
Het is alleen een meester van Gene Zijde mogelijk u deze voor een aards mens ondoorgrondelijke wetten te verklaren.
Deze moeilijke taak werd uitgevoerd door meester Zelanus, die u wellicht reeds als Lantos in zijn boek ‘De Kringloop der Ziel’ heeft leren kennen.
Door de Oosterse en Westerse mediums te volgen en vergelijkingen te maken met de bovennatuurlijke verschijnselen, zoals die in het oude Egypte werden beleefd, geeft hij u een scherp beeld van de occulte wetten.
Zijn rijke, leerzame boek maakt u los van het alledaagse en voert u tevens geestelijk opwaarts, doordat het u met de sferen van licht, de hemelen in het leven na de dood, verbindt.
Moge het u overtuigen van de machtige betekenis, die de wáárlijk geestelijke gaven voor het leven van God bezitten, en moge het u de ogen openen voor het bedrog, want dat is het doel van Gene Zijde.
Ik zelf geef u het boek door, zoals ik het ontving.
’s-Gravenhage, 1943.
Jozef Rulof