God als Vader en Moeder
„Voor God als vader en moeder, mijn meester, omdat wij het baringsproces mochten beleven.”
„Zeer juist, mijn broeder.
U ziet het, meester Zelanus, wij kunnen géén fouten meer maken, het „AL” dwingt ons élke wet voor God te beleven en te volgen.
Want het is waarheid, door dit alles zien wij God als Vader en Moeder.
Want wij beleefden evolutieprocessen.
Later zien wij, dat God stoffelijk vader en moeder is, voor hier is God geestelijk Vader en Moeder.
Dat zal zich weer verdelen en eerst dan zien wij dat élke vonk door God de Goddelijke „Geest” ontving, waardoor het stoffelijke leven is bezield.
En wat is er nog meer vast te stellen, meester Zelanus?”
„Wat ik onderging, mijn meester, is dat dit vanuit de „Almoeder” tot het vaderschap voor het volgende stadium overging.
Ik moet dus wel aanvaarden, dat God als geest vader en moeder werd en kon ik aan deze verschijnselen waarnemen.
Want deze moederlijke krachten veranderden als verdicht licht en betekent: vader- en moederschap!
Hoe dat veranderen straks zal zijn, dat leren ons de stoffelijke wetten.”
„Ik dank u, mijn broeders, machtig is het, dit is Goddelijke waarheid.
Dit is God als moeder en als vader.
Toen de eerste krachten vanuit de „Albron” stuwend het leven deze ruimte inzonden, was dát baren en scheppen en dat kreeg God in eigen handen??
Dat werd een Goddelijk verschijnsel als de Goddelijke openbaring!
Want dát is het!
En niets anders!
In de eerste levensgraad is die bron moederlijk bezield, maar (in) het volgende stadium werd dat leven vaderlijk bewust, waardoor wij het vader- en moederschap voor God leren kennen.
Kan men nu op aarde over een God als Vader spreken, André?
Waardoor ziet men op aarde God beter en duidelijker en wanneer beleeft men God?
Indien u dat duidelijk is, kan uw leven zeggen: als „Moeder” en beleven wij, dat God voor álles „Moeder” wil zijn, omdat wij hierdoor Zijn evolutieproces ondergaan, waarvan wij ons echter de „Levenswet”, want baren en scheppen zijn wetten ... eigen maken.
En eerst dan staan wij voor de volgende gestalte, als bewustwording en als een persoonlijkheid, waarvan wij nu het levenslicht zullen aanschouwen en zien wij God als het „Kleurenrijk”!
+ +
+